Beste Tom
Met je schone aansluitende hemdjes altijd en broeken met een vouwke in gestreken, je haren altijd goed in de gel, want fier was je. Voor een optreden hield je eraan om je om te kleden, nog even onder de oksels wassen, je haren in de gel naar achter. En dan fier naar mij kijken en vragen "is't goed zo?" Dat was het ritueel, je gaf iedereen het nakijken.
Je kwam altijd perfect voorbereid naar de repetities, hoe onmogelijk je partituren ook waren, alles speelde je, zonder te verpinken. Want je was fier. Je gaf iedereen het nakijken.
Een solo uit je mouw schudden was alsof je je sokken aantrok, je nam je instrument en al wat er in je hoofd voorbijraasde, speelde je schreeuwend, brullend, scheurend, gepassioneerd op je instrument. Man, die basklarinet van jou! Je was een rasechte performer, alles gaf je. Niet een noot te weinig of teveel. Je was volstrekt uniek. Je eigen klank, je eigen sound, op welk instrument je ook speelde. Jij multi-instrumentalist.
Je was zo nieuwsgierig en vol levensdrift. Je had altijd plannen klaar.
Op een dag besloot je trompet te leren. Je kocht een trompet. En daar ging je dan alles voor doen. Dagelijks studeren. Want spelen is hard werken, wist je.
Of zoals je op een dag besloot te gaan lopen, dat was dan niet gewoon gaan lopen, dat was met een heus plan, en een strakke structuur. Met opbouwen, en tijdsintervallen, en een boekje waarin je je tijden bijhield. Met je zalige outfit, een kort shortje, een haarband. Ook op tour kwam ik je soms voor dag en dauw tegen, dan was je gaan lopen.
En je was attent. Ik knipte je haar soms toen, en dan had je altijd een cd-tje gebrand voor mij. Met een selectie muziek. Want je wou altijd iets geven in ruil voor die knipbeurt.
Beste Tom.
Jammer dat je demonen de bovenhand kregen, want je was een bovenstebeste man.
Ik wou dat ik je dit allemaal nog kon vertellen.
Rust zacht nu.
x
Berlinde
Hey Tom
Weet je nog dat we ons powertrio ‘the diary sucks’ nooit hebben opgedoekt en ik was er zeker van dat we nog gingen spelen maar ja ‘the diary suckte’. Nu suckt the diary nimmer maar wel de frequentie waarin je zit, die je hebt opgezocht. Gisteren was de maan heel krachtig en troostend en ineens dacht ik hoe je me in ’t woonwagenkamp leerde om een ajuin nu eens eindelijk deftig te snijden maar dan moest er wel eens dringend een iets of wa deftig mes zijn want dit kon toch echt niet, en da was waar eigenlijk ...en dan zaten we ineens op hotel in Praag en ineens terug op de bank in de maan en ge zijt ni weg en de frequentie suckt helemaal ni.
Iedereen is alleen in zijne kop en draagt zijn eigen rugzak maar ik vond toch altijd da gij veel te veel biografieën waart aan t lezen van beroemde mythische muzikanten en gij vond dat de max dat ik je dat zei en gij gaf mij op mijn kop no prob.
Bij elk strijkijzer dat ik zie denk ik aan u en ja breng maar mee die kettingen om meesterlijk drums met kettingen te spelen in the diary sucks en dan ineens keihard uithalen met de klarinet terwijl ge nog neerzit en die kettingen op de grond smijt en het cymbaalstatief omvalt.
David
Lieve Tom,
Het doet pijn dat ik je de laatste jaren niet zag en nauwelijks sprak, en je niet hielp terwijl het onder vrienden wel hoort. Het doet nog meer pijn nu ik weet dat het te laat is. Je was mijn maat, Tom.
Je hebt me veel geleerd, veel doen ontdekken. Ik stond als amateur met bewondering te kijken en te luisteren naar jouw uniek en authentiek meesterschap.
Je wilde perfectie … anders: niets.
Trots dat we al die jaren samen rondtrokken met FES, maar dat je ook in mijn projecten wilde spelen.
Respect.
Michel
Tom toch. Het valt me zwaar om te vernemen dat je afscheid hebt genomen. Wat een herinneringen heb ik aan jou; je humor, je decorum en vooral je onbeschrijfelijke muzikale talenten. Je perfectionisme (Anniek, ik heb een fout gespeeld vandaag! – Ah ja? Waar? En wie niet?).
We waren rokersbuddies jij en ik, verbonden in onze zoektocht naar plekjes waar het mocht. Van Tokio (miserie) tot Sao Paolo (joepie). Op een bankje, op de stoep, we deelden onze levensverhalen al paffend en puffend, we gingen stoppen! Je bleef sober en professioneel als je met ons op de baan was. Dat had je jezelf, mij en ons beloofd, en dat heb je jaren waargemaakt. Tot het niet meer kon, tot je het niet meer vol hield, tot het stopte.
Weet je nog de eerste keer dat ik je naar Pittem bracht? Ontiegelijk vroeg in de ochtend. Jij in kostuum, hemd, das, hoed. Een halve backline meegezeuld want je ging werken tijdens je therapie. Ik werd mee uitgenodigd naar binnen, als veronderstelde partner. En dan jij, in vol ornaat, als een volleerde rockster: ‘dat is niet mijn partner, dat is mijn manager’. Zowaar een Spinal Tap momentje.
Het spijt me zo dat het niet gelukt is om je draai te vinden Tom. Je vroeg me onlangs nog om in het archief te duiken omdat je op zoek was naar iets. Ik vroeg je wat geduld, had weer veel werk. Het is er niet meer van gekomen. Het zal er niet meer van komen, en dat spijt me.
Liefs, Anniek
Toen ik het trieste nieuws vernam dat Tom niet langer onder ons is moest ik terugdenken aan die twee dagen in 2012 toen hij bij mij in Affligem is geweest om op te nemen voor een cd van Ina Geerts. Dit geheel belangeloos (zoals trouwens ook Berlinde en Stefaan gedaan hebben). Binnen twee dagen waren 8 nummers aangevuld met drums, gitaar, (bas)klarinet, tenorsax, toetsen en percussie. In “How many lives” speelt Tom de eerste drie instrumenten. Basklarinet in één take en één adem. Waanzinnige muzikant! Geweldig persoon!
(Berlinde is hier te horen op tuba).
Luc
King Of The Zulu’s
Jaren lang stonden we samen op het podium deelden we tourbussen en loges, en toch heb ik Tom niet genoeg gekend, ben ik niet genoeg op zoek gegaan wie hij was, ben ik te weinig in gesprek gegaan met hem. Ook toen Tom voor mij totaal onverwacht stopte bij de band, heb ik hem niet opgebeld, geen bericht gestuurd, niet die aandacht gegeven die hij verdiende en wellicht nodig had. Nu heb ik daar spijt van en spijt komt altijd te laat.
Als ik aan Tom denk, denk ik vooral aan het nummer “King Of The Zulu’s” of zijn basklarinet solo op “Smoke on Fire, the King is Burning”. Elk keer nam Tom ons mee de hoogte in met die ontembare oerkracht van hem. Die oerkracht was uniek en onvervangbaar. Diezelfde ontembare oerkracht is hem waarschijnlijk ook te veel geworden, diezelfde oerkracht heb ik gemist, nu nog meer en voor altijd.
De “King” stond in “Fire” en niemand heeft dat vuur kunnen blussen. Our king, the “King of the Zulu’s” is no more, may he rest in peace.
Bruno
Lieve Tom,
Ik eer jouw leven als een goed en mooi leven.
Zoveel mensen hebben goede herinneringen aan jou.
Zoveel mensen zijn geraakt door jou.
Zoveel mensen heb ik met ontzag, bewondering, verrukking over jou horen spreken.
Je hebt mijn leven rijker gemaakt, en daar wil ik je voor bedanken.
Een leven waarin Tom Wouters voorkomt, is anders dan een leven waarin Tom Wouters niet voorkomt.
Geloof mij.
Je was een lieve, onzekere, charmante gast.
Stijlvol, grappig, verlegen.
En extreem, destructief, exuberant, uniek.
Er was veel lijden. Maar ik heb altijd gezien wat jijzelf
misschien te weinig zag: je mooie, kinderlijke ziel.
Ik herinner mij heel goed de eerste keer dat ik je zag
spelen met Payday in March in het Damberd.
Als een bezetene drummend en brullend, brullend en drummend, en op andere momenten ragfijn, hypergevoelig, geestig.
Ik had nog nooit zoiets gezien.
Ik was helemaal weg van jou.
We hebben daarvoor en daarna héél veel samengespeeld.
Arno, Lodewijk, Think of One, Patatboem, Eénoogh,
en ontelbare keren FES. We hebben samen mopjes gemaakt.
Je was mijn lievelingsdrummer, mijn lievelingsklarinettist,
én mijn lievelingsvibrafonist. Tegelijkertijd.
Je hebt heel veel gegeven, Tom. Alles eruit geperst.
Je kon de tijd opblazen, het podium doen ontploffen.
Huilende lyriek, door merg en been, branie, power.
Hè hè hè. Smoke on fire, the King is burning.
Verhakselde, belachelijke, diep doorvoelde schoonheid.
En nu is de King opgebrand.
Het was helemaal de moeite waard.
Je hebt heel veel gegeven, ook je laatste jaren. Alles eruit geperst.
Brallerige glimmende baby, hypergevoelige poëtische ziel,
schone agressieve drama queen. Er was veel lijden.
Je hebt ons je ziel laten zien, en dat is immens dapper.
Wij hebben je gezien.
Prachtmens, op deze planeet geweest, alles gegeven, klaar.
Ik wou dat ik je deze brief had voorgelezen toen je nog leefde. Maar het is niet anders. Het is goed.
Dank je voor alles, Tom.
Ik zal je nooit vergeten, en ik zal je missen.
Met veel liefde en genegenheid,
Benjamin
Hé Tom,
Onze levendige herinneringen aan jou hebben we hier in tekst en beeld proberen te vatten, het geluid komt grotendeels uit jouw eigen koker.
Ik hoop dat ze internet hebben daarboven …en gevoel voor humor – jouw gevoel voor humor.
Een échte perfectionist met ook nog eens de nodige ironie hadden ze waarschijnlijk nog niet eerder binnengekregen.
Ik hoop dat ze daar ook met je kunnen lachen, of eigenlijk, om je kunnen lachen, want die tak van sport beheers je als geen ander, Drama Queen of the Zulus.
Dat de poor-dust-mood er maar snel in mag zitten en iedereen uit volle borst meezingt …poardestront.
Met jou het podium betreden was altijd een avontuur, zingend vallen en weer opstaan, solo’s waar je stil van wordt.
Het was een eer om met jou te mogen spelen.
Grazie, Danke Schön, Merci, Thank You!
Ik hou van je,
Marc
Lieve Tom,
in de catacomben van wat toen nog de Vooruit heette zong ik het thema van Tomorrow is the Question! van Ornette Coleman en vanachter een toiletdeur begon iemand enthousiast mee te zingen. Dat was jij. En de deur ging open en we zongen samen verder op de gang.
Dichter bij jou ben ik nooit gekomen.
Josse
Een stukje van Tonnus Oosterhoff
(uit: 'Een kreet is de ramp niet’) bij je verdwijning:
DOSIS
Zonder geheugen geen nadenken.
Maar voor onthouden moet je kunnen zingen.
Zingen gaat niet zonder geweten en gedachten.
De Boeotische muzen. Dikke woorden dit, zware termen!
Nu word ik bestolen van iets wat nooit van mij was.
Een ladder een trap af denken, daar was ik goed in.
Is dat je hand? Ik zie niks. Is het fenantyl overgewogen?
Maak je geen zorgen. Meer is niet nodig. Pijnstiller, ik voel niks.
Het is te laat, begrijp ik. Het was al te laat toen het gebeurde.
Dat vrede en gezondheid werkelijk bestaan, dat is het grote wonder.
Dat zij ooit bij mij hebben aangelegd en wilden verblijven is niet te bevatten.
Goed om dit te bedenken nu ze wegvaren, nu het donker wordt, nu de onwetendheid toeneemt.
De temperatuur gaat almaar verder omlaag.
Heb jij mijn hand vast? Ben jij dat? Wie ben jij?
Wie niet diep genoeg ligt komt weer tot leven.
Wie diep genoeg ligt komt niet meer tot leven.
Meer is het niet.
bandfoto’s / bandphotos
home